Haven Rotterdam voelt de adem van 'Parijs'
Het is maar een intentieverklaring, maar volgens het Havenbedrijf Rotterdam is het plan om CO2 naar het Westland af te voeren een forse stap richting een groenere bedrijfsvoering.
Ieder jaar moet Allard Castelein hoger de bergen in om offpiste te skiën. De gletsjers worden elk jaar een meter dunner. En tijdens zijn andere hobby, diepzeeduiken, plukt hij steeds grotere hoeveelheden plastic uit het koraal.
De directeur van het Havenbedrijf Rotterdam hield gisteren, tijdens een energietop voor het havenbedrijfsleven, zijn publiek voor dat hij de gevolgen van klimaatverandering kent. "Het klimaatakkoord van Parijs zag ik daarom als een overwinning." De oorzaken kent hij ook. "Als havencomplex zijn we voor een heel groot deel afhankelijk van de fossiele industrie."
De haven van Rotterdam draagt voor twintig procent bij aan de Nederlandse CO2-uitstoot, de vijftien grootste vervuilers van het havengebied nemen 90 procent hiervan voor hun rekening. Castelein: "De helft van het volume dat de haven binnenkomt, bestaat uit fossiele brandstoffen." Hou je er rekening mee dat alle goederen worden geproduceerd, vervoerd of verwerkt, "dan heeft eigenlijk honderd procent ermee te maken."
Maar een intentieverklaring
Castelein en de Rotterdamse bedrijven hebben geen tijd om op hun handen te zitten. Een gisteren gepubliceerd rapport van het Wuppertal Institut bevestigt dat. Als het op de huidige voet verder gaat, ínclusief de nog onzekere sluiting van de kolencentrales, dan brengt het havencomplex de CO2-uitstoot met 'slechts' dertig procent terug. En dan haalt Nederland zijn doelen niet. Den Haag heeft in Parijs afgesproken om de CO2-emissies tot 2050 met 95 procent terug te brengen ten opzichte van 1990.
Castelein heeft sinds zijn aantreden altijd gezegd dat het voor hem 'én-én' is: proberen nieuwe activiteiten en innovaties binnen te halen, maar ook de oude fossiele industrie koesteren. Van dat pad wil hij niet afwijken. En daarom was hij gisteren blij dat hij een stapje richting dat grote einddoel in 2050 kon presenteren: het Havenbedrijf, de provincie Zuid-Holland, Gasunie en Eneco sloten een intentieverklaring om overtollige warmte vanuit het havengebied te transporteren naar het Westland.
Ja, het gaat om een intentieverklaring, erkent Castelein. "Maar wat hier achter schuilgaat, zijn bedrijven die gezamenlijk met volle borst vooruit meedoen." En er zullen nog 'diepe discussies' volgen, maar als het dure buizennetwerk er ligt, kunnen daar een half miljoen woningen mee verwarmd worden. Grote vervuilers, als de raffinaderijen, doen bovendien graag mee, zegt Erik Klooster, van de Vereniging Nederlandse Petroleum Industrie. "Van de 650 raffinaderijen in de wereld staan de twee meest efficiënte in Europa. Dat zijn relatief oude raffinaderijen in Göteborg en Oost-Duitsland die huizen, of aanpalende industrie van restwarmte voorzien."
'Meedoen of je ligt eruit'
Kijkend naar het 'Wuppertal'-rapport, is het onzeker of Castelein aan zijn 'en-en' kan blijven vasthouden. Om in 2050 aan zelfs 75 procent CO2-reductie te komen is grootschalig afvangen en opslaan van CO2 in lege gasvelden nodig. Over die techniek, CCS, wordt al heel lang gepraat in Rotterdam, vooralsnog zonder doorbraak. Om die 75 procent te halen, moet de haven bovendien overschakelen op energie-opwekking uit biomassa en ook die uitstoot ondergronds opslaan.
Stel, CCS lukt niet, dan moet de haven volgens de Duitse onderzoekers voor 2050 revolutionair veranderen: fossiele grondstoffen de deur uit en overschakelen op waterstof, elektrische warmteopwekking en chemicaliën produceren uit afval.
Castelein blijft optimistisch. Hij wil snel van start met de energietransitie, en hij denkt dat de toekomst nieuwe schone technieken brengt.
En hij rekent op zijn huurders. Het Havenbedrijf investeert wel in een nieuwe fabriek voor biochemie, maar vooral al die andere bedrijven in de haven moeten het doen. In de woorden van Chris Glerum van Gasunie, mede-initiatiefnemer van het warmtenet: "De samenleving verandert. Gasunie, Shell, het Havenbedrijf, als we relevant willen blijven en ons imago willen bijstellen, moeten we nú ons bedrijfsmodel aanpassen. Als je nu niet meedoet, dan lig je eruit."
Bron: Trouw
Datum: 24 maart 2017